Controle? ‘Dat weet ik niet precies’
Een wegens seksueel misbruik veroordeelde pastoor had ,,een pedofiele achtergrond”. Nu is hij actief in het kerkelijk leven in Lelystad. Deel twee van een tweeluik over de praktijk van het r.k.-benoemingenbeleid.
De parochianen in het Zuid-Hollandse Alkemade zagen in 1999 hun oude pastoor opeens weer terug, anderhalf jaar na de ontdekking dat hij in zijn pastorie een minderjarig meisje regelmatig had verkracht. Op zondagochtenden verscheen de veroordeelde priester als begeleider van koren op televisie, bij eucharistievieringen vanuit Lelystad.
Na lezing van het strafdossier van de in 1997 veroordeelde pastoor doemen twee vragen op: hoe strikt zijn de toelatingseisen voor mannen die priester willen worden? En hoe verloopt de controle op ontslagen pedoseksuele priesters?
De kwestie in Alkemade kwam ooit in de publiciteit omdat de ouders van het slachtoffertje naar justitie gingen. De pastoor van de parochies Rijpwetering en Oud-Ade bleek het meisje jarenlang te hebben misbruikt. Hij kreeg daarvoor eind 1997 van de rechtbank in Den Haag achttien maanden cel, waarvan zes voorwaardelijk.
Het strafdossier bevat aanwijzingen dat het meisje niet het enige slachtoffer was van de pastoor. Ook een zusje en een vriendinnetje getuigden tegenover de politie hoe de pastoor hen misbruikte. Het openbaar ministerie vervolgde alleen het misbruik van het eerste meisje, iets dat de pastoor in politieverhoren niet had ontkend.
De pastoor zou vóór zijn komst naar Alkemade al te ver zijn gegaan met kinderen. Als muziekleraar in Den Haag ‘stoeide’ de leraar met leerlingen, waarbij de leraar seksueel opgewonden raakte, zo verklaarde een oud-leerling in het politieonderzoek tegen de pastoor. De advocaat van het meisje, N. Ruysch uit Delft bevestigt: ,,Ook op plekken waar hij was voor hij pastoor werd, waren ernstige twijfels over hem.” De vader van het meisje spreekt ronduit over een verleden van seksueel misbruik, al is er voorzover bekend eerder nooit aangifte gedaan tegen de man. ,,Tijdens de rechtszaak zaten achter ons op de publieke tribune enkele oud-leerlingen die zeiden dat ze óók door hem waren misbruikt. Alleen waren hun zaken verjaard”, aldus de vader. Hij noemt het schokkend dat een man met een pedofiele achtergrond zomaar pastoor kan worden. ,,Zijn verleden bleek geen enkele belemmering. Van enig onderzoek vooraf was geen sprake. Iedereen kan zomaar priester worden, zonder goed antecedentenonderzoek. Als ik vandaag wil, haal ik een foldertje in een kerk en kan ik aan een priesteropleiding beginnen, mede door het grote tekort aan priesters.”
Volgens woordvoerder Joost de Witte van het bisdom Rotterdam is echter de veroordeelde pastoor vóór zijn wijding in september 1988 ,,degelijk” gescreend door het Adviescollege voor Ambtskandidaten (AVA), ,,een college van priesters dat een geschiktheidsadvies aan de bisschop uitbrengt”. Daarbij is gekeken naar zijn ,,persoon en zijn spirituele vorming”. De priester heeft ook een psychologische test ondergaan, zegt De Witte. ,,Geen enkel gegeven wees er op dat hij eerder onoorbare handelingen had verricht. Bij twijfel wordt niet gewijd.”
Rector Jan Vries van het Grootseminarie in Rolduc, een van de priesteropleidingen, schat dat 20 procent van de kandidaten in Rolduc niet wordt aangenomen. ,,Het kan dan zijn dat hun niveau te laag is, of dat iets anders aan zo iemand mankeert, lichamelijk of psychisch”, aldus Vries.
Priester dr. R. Huysmans, hoogleraar kerkelijk straf- en procesrecht aan de Universiteit van Leuven, zegt dat geschiktheid van kandidaten wordt getoetst via de regels van de Congregatie van de Eredienst in Rome. Daarin staat dat kandidaten moeten worden geweerd als ze ,,een verwijfde manier van doen” of ,,abnormaal affectieve neigingen” vertonen. Verder mogen kandidaten volgens die regels niet worden toegelaten als zich verstorende feiten in hun publieke leven hebben voorgedaan. ,,Uiteraard valt pedofilie daaronder”, zegt Huysmans. ,,Dit zijn de regels”, beklemtoont Huysmans, ,,of ze worden gehanteerd, weet ik niet.”
De vader van het misbruikte meisje pleit ook voor een onafhankelijke beoordeling van klachten over seksueel misbruik. Nu is die beoordeling in handen van het meldpunt ‘Hulp en Recht’, opgericht door de bisschoppen zelf. ‘Hulp en Recht’ benadrukt in de deze week uitgegeven verklaring overigens zijn onafhankelijkheid. De vader: ,,Het zou een college van juristen moeten zijn dat los staat van de kerk. Nu is sprake van verwevenheid, doordat gedelegeerden van de kerk mee mogen oordelen.”
Na zijn veroordeling eind 1997 door de strafrechter is de pedofiele pastoor uit Alkemade door bisschop Van Luyn van Rotterdam ontslagen en is hij van zijn priesterlijke taken ‘gesuspendeerd’. Tijdens de behandeling van zijn rechtszaak zei de pastoor in een Limburgs klooster te gaan leven, om zich zo voor de rest van zijn leven te onttrekken aan de maatschappij. Het liep anders: de man begon met steun van ‘Hulp en Recht’ een nieuw anoniem leven in Lelystad. Daar blijkt de inmiddels 73-jarige ex-priester wederom verbonden aan een parochie, nu als vrijwilliger. Hij geeft muziekles, begeleidt koren en missen als organist, neemt deel aan de werkgroep missie, ontwikkeling en vrede en verleent hand- en spandiensten, aldus een woordvoerder van de parochie. Hoogleraar Huysmans: ,,De kerkelijke regels zeggen: als iemand is weggezonden, kan hij niet meer in het ambt terugkeren. Maar wat als hij vrijwilligerswerk doet? Dat zou kunnen, dat kun je niet verbieden. Je kunt zo iemand ook niet verbieden om ’s zondags naar de kerk te gaan.”
Woordvoerder Loek Sinselmeijer van het aartsbisdom Utrecht, waar Lelystad onder valt, zegt dat ,,niet iedereen” in de parochie weet dat de man veroordeeld is wegens seksueel misbruik. Het kerkbestuur en de pastoor van de parochie weten het volgens Sinselmeijer wel. Advocaat Ruysch van het misbruikte meisje: ,,De man is inmiddels weer actief in het kerkelijk verenigingsleven in Lelystad, al doet hij daar geen pastoraal werk. Of hij daar begeleid wordt? Ik hoop het maar ik weet het niet. ‘Hulp en Recht’ sprak de hoop en de verwachting uit dat de reclassering iets zou doen. Men heeft zich verder niet actief opgesteld.”
Advocaat R. Verbunt van de pastoor zegt niet te weten of zijn cliënt psychiatrisch is onderzocht. Verbunt: ,,Of er controle op hem is? Dat weet ik ook niet, maar ik geloof wel dat er contacten zijn.” Woordvoerder Sinselmeijer van het aartsbisdom zegt ,,begrepen te hebben” dat er controle is, opdat de man niet met kinderen of jongeren te maken krijgt. Hoe die controle eruit ziet? Sinselmeijer: ,,Dat weet ik niet precies.”
Pastoor Th. Moons, verantwoordelijk voor de parochies in Oostelijk Flevoland (waaronder Lelystad), verklaart niet te weten hoe de controle is geregeld. Moons: ,,Maar het bestuur van de geloofsgemeenschap gaat nu in overleg met betrokkene kijken of in de toekomst nadere maatregelen nodig zijn.”
Het aartsbisdom Utrecht heeft inmiddels, na protesten van parochianen uit Alkemade, een einde gemaakt aan de televisieoptredens van de pedofiele ex-pastoor.
Copyright NRC Handelsblad
(Door de redacteuren Joep Dohmen en Guido de Vries)