Gepast afscheid van pater Piet Wouters – 29 september in Kerkrade

Op 29 september neemt de parochie in Kerkrade feestelijk afscheid voor Piet Wouters. Hij wordt daar in het zonnetje gezet omdat hij zo’n geweldige vent is die zoveel goeds gedaan heeft en zoveel mensen geïnspireerd heeft daar.

Ik ga naar dat afscheid. Niet om me bij de parochie aan te sluiten, maar om hem publiekelijk te vertellen wat voor ongelofelijke invloed mijn kennismaking met hem op Eymard Ville in Stevensbeek op heel mijn leven gehad heeft. En op dat van mijn familie, mijn vrouw, mijn kinderen en iedereen die ik liefheb.

Toen ik hem vorige week heb opgezocht in klooster Brakkenstein in Nijmegen heb ik hem beloofd dit te komen doen. Tegelijkertijd heb ik hem aangeraden daar zelf niet te verschijnen want mijn vrouw Paola, die vorige week niet mee geweest is naar Nijmegen, heeft hem ook nog een en ander te vertellen en zij is meestal nog duidelijker dan ik ben.

Ga je mee naar Kerkrade? Een aantal mensen hebben al aangegeven mee te gaan, maar misschien heb jij ook nog een appeltje met hem te schillen. Zo gauw plaats en tijd van de viering bekend zijn zal ik die hier vermelden.

Waarom ik dit doe?
Omdat er, ook na zoveel jaren, toch nog een soort gerechtigheid moet komen. Bovendien is het heel helend als je de dader rechtstreeks aanspreekt op wat hij jou aangedaan heeft. Doe dat zolang hij nog in leven is, hij wordt ook steeds ouder.

Een van de vele slachtoffers van pater Piet Wouters,Ton Leerschool

Met losse handen festival

 

 

Dubieuze werkwijze Klokk

l.s. lees alles over de dubieuze werkwijze van KLOKK vastgesteld door het onder zoeksbureau REBEL op de Facebook group : https://www.facebook.com/groups/1553698738267249/

 

 

Mart Brok schrijft boek over seksueel misbruik in katholieke kerk

Nieuw-Amsterdam – Schrijver, dichter en oud-stadsdichter van Coevorden Mart Brok heeft een boek geschreven over seksueel misbruik in de rooms-katholieke kerk: ‘Zuigend Graf’.

Hij reikt zondag 22 november het eerste exemplaar uit aan dominee Alexander Veerman.

Veerman is landelijk bekend vanwege zijn werk binnen de problematiek van seksueel misbruik. Via de IKON is hij bereid gevonden om aanwezig te zijn bij dit belangrijke moment voor de schrijver Mart Brok. In zijn jeugd is de schrijver misbruikt op het Klein Seminarie in Oosterhout. In zijn leven daarna zijn daarvan de sporen duidelijk terug te vinden. Toen enige jaren geleden bleek dat seksueel misbruik binnen de RK Kerk veelvuldig voor kwam heeft hij de pen opgevat en zijn, veelal weggemoffelde, herinneringen in dichtvorm opgeschreven.

De kunstenaars Myrte van Dijk ( Kumy) en Sé van Weert hebben een installatie gemaakt naar aanleiding van seksueel misbruik. Deze zal geëxposeerd worden tijdens de doop van de bundel.

Mart Brok nodigt iedereen uit om dit moment met hem te ‘vieren’. Er zullen gedeelten uit de bundel worden voorgedragen en ook Esther Veerman, de vrouw van Alexander, zal vertellen over haar werk met mensen die slachtoffer zijn geweest van seksueel misbruik.

De uitreiking vindt 22 november plaats bij de Taalwerkplaats in Nieuw-Amsterdam om 15.00 uur.

Verdere informatie: www.taalwerkplaatsdrenthe.nl.

IJSBLOK

Het kind
Zo jong
Vier jaar misschien
Onbevangen
Open en Puur
Kwetsbaar ook
maar
Zonder schaamte
staat onder de douche

die ander
de tienerbroer
ondanks 9 jaar ouder
ook jong – maar belust
met camera – zonder besef
maakt foto

het MOMENT
van macht
vrieskoude kwam
Frozen
ijsblok
doods
levenloos

nooit meer

is het kind
zo jong
onbevangen
open en puur
want
kwetsbaar werd gekwetst
zonder schaamte werd schaamtevol

redding kwam
dissociatie
vlucht
angst
doodsgedachten
wens te verdwijnen
weg te willen zijn

de dader van het MOMENT
leeft in leugen en bedrog
in ontkenning van zijn daad

het kind
gaat voort
in de mens
52 jaar nadien
Een mens
Geknakt
Pijn
Vluchtend
Dissociërend

Waar
vandaan komt
hulp

Mijn hulp?

KRO Kruispunt : "Afgesloten, maar nog niet voorbij"

Afgelopen zondag 10 mei de uitzending “Afgesloten , maar nog niet voorbij”.

Vijf jaar na het onderzoek van Deetman sluit op 1 mei 2015 de termijn voor het indienen van klachten over seksueel misbruik binnen de RK Kerk. Kruispunt maakt met drie slachtoffers de balans op. Hoe is het ze vergaan en wat heeft het onderzoek hen gebracht?. Ook een deel uit het interview met provinciaal overste van de Jezuïeten Pater Johan Verschueren die zijn nek heeft uitgestoken en samen met de lotgenotengroep Canisius voor een unieke aanpak koos.

Bekijk hier de uitzending

VPKK : Sluiting van het meldpuntmisbruik rkk schadelijk voor (nog worstelende) slachtoffers van seksueel misbruik

PERSBERICHT
Sluiting klachtencommissie op 1 mei a.s. is schadelijk voor vele slachtoffers van rk kerk.
Een geschiedenis van geheim geweld en misbruik in de kinderjaren door machtige personen vraagt het uiterste van wie daarmee moeten leven. Het is een lange weg. Alleen de persoon zelf kan zeggen wanneer het tijd is om erkenning te zoeken, en wat nodig is om dat veilig te kunnen doen.
De sluiting van de klachtencommissie is schadelijk. Bij de aankondiging van de sluiting hebben de kardinaal en de voorzitter van de Konferentie Nederlandse Religieuzen openheid beloofd, maar die belofte hebben zij niet waargemaakt.
Wij weten uit betrouwbare bronnen dat in vele parochies door de bisdommen het zwijgen is opgelegd. Ook in congregaties zijn er personen die het zwijgen wordt opgelegd. Slachtoffers worden in de steek gelaten, macht blijft belangrijker dan waarheid en recht. Spreken over het misbruik wordt verhinderd en afgekeurd.  Slachtoffers hebben altijd gezwegen omdat zij verstoten werden als ze spraken, en dat is voor velen niet veranderd. Zij lopen nog steeds het risico van afkeuring, uitsluiting en beïnvloeding van getuigen. Deze ontkenning is zeer schadelijk. Omstanders beseffen niet dat het ook hun had kunnen overkomen. Dat zij voor recht kunnen kiezen in plaats van macht.
In de klachtencommissie zijn tot juli  2014  achter gesloten deuren 706 zaken gegrond verklaard. In herstelbemiddeling zijn rond de 200 klachten gegrond verklaard. Vóór de aanvang van de klachtencommissie was dit niet mogelijk. En daar gaan we naar terug.
Het gaat om enkele tienduizenden kinderen die destijds zijn misbruikt en evenveel mishandeld.
Wat het zwijgen betreft is er nog weinig veranderd, en met de sluiting van de onafhankelijke klachtencommissie zijn slachtoffers opnieuw aangewezen op een ontkennende kerk.

Annemie Knibbe

043 3620897
06 53393818
annemie@vpkk.nl

Op zoek naar soulmates

Hallo,

Ik ben 55, seksueel misbruikt vanaf mijn twaalfde en jaren en jaren aan een stuk. Hoe ouder ik word, hoe meer nachtmerries en hoe meer vragen.

De site seksueel misbruik.info is soms ‘deugddoend’, maar ook confronterend daar alles bijna klopt wat ik al jaren meemaak.

Ik zou graag nu en dan chatten met Vlaamse mannen uit de streek (Veurne, uithoek van België) of verder, maakt niet uit eigenlijk om elkaar te helpen door te praten.

Ik zit nog met zoveel vragen. Waarom ben ik bang voor vrouwen, waarom bang voor grote groepen mensen, waarom slapeloosheid en nachtmerries zo lang na de feiten, waarom ben ik nu plots toch gay???, en vele andere vragen.

Ik ben werkloos, doe wel vier dagen aantal uren vrijwilligerswerk in ziekenhuis.

Professionele hulpverleners, ai, niet mijn ding. Ik denk dat ze in Nederland verder staan.

Enfin, wie mij wil contacteren en onze verhalen delen. Graag.

Groetjes

Didier

 

Misbruik in de kerk – moeten we het hier echt over hebben?

Van verschillende kanten wordt mij de vraag gesteld of ik niet eens zou stoppen met het bloggen en twitteren over seksueel misbruik binnen de kerkelijke context. Sommigen wijzen mij erop dat het schrijven over misbruik de kerk in een negatief daglicht stelt. De pers zit er immers direct bovenop als er weer een verhaal binnen de kerkelijke context bekend wordt. Wat win je ermee om die negatieve berichten te versterken? Anderen vragen zich af of het niet tijd wordt om deze episode achter ons te laten. Er is al zoveel veranderd in de verschillende kerken. Het is tijd om vooruit te kijken. Weer anderen merken op dat het beter zou zijn om de kerk niet in een uitzonderingspositie te plaatsen. Misbruik komt ook voor bij hockeyverenigingen, scouting, instellingen – waarom niet binnen die bandbreedte bespreekbaar maken? Als je al zo nodig de kerkelijke context apart zou willen benoemen – waarom richt je je dan niet op de breedte van sociale onveiligheid? Spreek dan ook over pesten, over uitsluiten, en niet alleen over seksueel misbruik.

horen zien en zwijgen

Op zich kan ik deze reacties goed begrijpen. De mensen die met mij hierover in gesprek gaan, maken zich zorgen over de beeldvorming van de kerken. Er is zoveel meer te vertellen over geloofsgemeenschappen. Er gebeuren zoveel goede, opbouwende en inspirerende dingen. Door steeds maar in te gaan op het misbruik wordt de toch al negatieve opinie gevoed: de kerk zou niet te vertrouwen zijn en vooral een instituut zijn dat misbruikers hun gang laat gaan. De reacties op mijn schrijven en twitteren worden ingegeven door liefde voor de kerk, door een verlangen naar ruimte om weer trots te mogen zijn op de kerk. Misschien worden deze reacties bij sommigen ook ingegeven voor de angst om wat misbruik teweeg brengt. Uit angst dat de wereld zoveel onveiliger blijkt te zijn dan je zou willen.

Waarom blijf ik spreken over misbruik in de kerk? Waarom richt ik mij niet op het positieve van de kerk of breng ik de thematiek in een breder verband aan de orde? Het eerste is dat er nog steeds – op het moment dat u/jij dit blog leest – er kinderen en jongeren binnen een kerkelijke context worden misbruikt. Terwijl u/jij dit leest, worden mannen en vrouwen slachtoffer van seksueel misbruik. Soms in gezinnen, soms op het werk, soms op school. Terwijl u/jij dit leest worstelen er talloze mensen die lid zijn van geloofsgemeenschappen of er inmiddels uit zijn gestapt met de gevolgen van seksueel misbruik. Steeds weer maken onderzoeken duidelijk dat seksueel misbruik een maatschappelijk probleem is. Er is geen reden om aan te nemen dat het in de religieuze context de cijfers anders zouden zijn dan in een seculiere setting. Het is in zichzelf een schokkend gegeven dat misbruik in geloofsgemeenschappen net zoveel voorkomt als daarbuiten. Onderzoeken maken duidelijk dat 1 op de 10 mannen en 1 op 3 vrouwen in hun leven te maken hebben gehad met een vorm van seksueel grensoverschrijdend gedrag.

De kerk hoort een veilige plek te zijn. Dat bereiken we niet door te zwijgen over het misbruik, maar juist door het bespreekbaar te maken. Preventie van seksueel misbruik begint met het doorbreken van het taboe. Een kerk kan vertrouwen terugwinnen door duidelijk te maken waar grenzen getrokken worden. We kunnen niet voorkomen dat er zich in geloofsgemeenschappen daders bevinden. We kunnen wel duidelijk maken dat geen enkele ongewenste grensoverschrijding getolereerd wordt. We kunnen helpen om mensen weerbaar te maken. Juist door te spreken over misbruik werken we aan een veilige kerk.

De onderzoeken laten zien dat seksueel grensoverschrijdend gedrag erg veel voorkomt. Die onderzoeken maken ook duidelijk dat seksueel misbruik ernstige gevolgen kan hebben en vaak lang het leven van slachtoffers kan bepalen. Dat is reden om specifiek voor seksueel misbruik aandacht te vragen. Deze thematiek komt zoveel voor en trekt zulke diepe sporen, en vraagt specifieke kennis van dynamieken en processen dat het noodzakelijk is om dit apart onder de aandacht te brengen.

Misbruik binnen een kerkelijke context voegt nog een extra dimensie toe: die van het geloof. Mensen die in een kerkelijke context misbruikt worden, worstelen vaak met hun godsbeeld, lijden onder de te snelle oproep om te vergeven, gaan gebukt onder zondebesef dat gevoed wordt door schuldgevoel. De context van kerk en geloof roept een eigen dynamiek op die aparte aandacht verdient.

Daarom blijf ik spreken over misbruik in de kerk. Omdat ik de kerk liefheb. Omdat ik de mensen liefheb en het me pijn doet om te zien dat slachtoffers de kerk verlaten omdat zij het gevoel hebben dat er voor hen geen plaats in. Ik blijf schrijven over kerk en misbruik, omdat het in onze geloofsgemeenschappen voorkomt. Omdat voorgangers te weinig kennis hebben. Omdat er geen tijd te verliezen is.

Ik blijf schrijven over misbruik in de kerk totdat het kwaad is overwonnen.

Bron: http://alexanderveerman.wordpress.com/

Mediation of Unieke Herstelbemiddeling: Verslag van een uniek proces

MEDIATION  JEZUIETEN en LOTGENOTENGROEP “CANISIUS”

 

Nadat in 2010 Dhr. Mark Klabbers via het Nederlandse actualiteitenprogramma Eén Vandaag naar buiten bracht dat er in zijn jeugd sprake was geweest van ernstig seksueel misbruik door de in 1996 overleden pater jezuïet, Jan Sanders SJ, volgden spoedig meer meldingen. De slacht­offers verenigden zich in de Lotgenoten-groep Canisius. Voor allen geldt dat het misbruik zich voordeed in de jaren zeventig en tachtig, in de context van het Canisiuscollege of de daarbij be­horende scoutinggroep van de Zeeverkenners (Nijmegen).

 

Uit de onderlinge besprekingen van deze (inmiddels tot boven het dozijn gegroeide) lotgenoten­groep, bleek spoedig dat men zich volstrekt niet kon vinden in de uitgangspunten en handel­wijze van het (door de KNR – Konferentie van Nederlandse Religieuzen – en de RKK – Rooms Katholieke Kerk – opgerichte) Meldpunt Seksueel Misbruik RKK.

 

De bezwaren richtten zich met name tegen de juridiserende setting, de plicht tot aanvoeren van steunbewijs, en de afhandeling van eventuele financiële tegemoetkoming door een compensa­tiecommissie. Vooral het feit dat (door middel van de zogenaamde Lindenbergh-categorieën) de verrichte handelingen tot een kwantitatieve financiële maatstaf werden herleid zette veel kwaad bloed.

 

In plaats daarvan wenste de lotgenotengroep een afhandeling die meer ‘op maat’ zou zijn van elk slachtoffer, dat wil zeggen: waarbij de erkenning, het samen zoeken naar de harde en complexe waarheid, én de ervaren (immateriële) schade tot uitgangspunten zouden worden gemaakt, met het oog op het definitief kunnen omdraaien van een pijnlijke bladzijde door alle participanten van het traject – ieder op zijn eigen manier.

 

In de loop van 2011 klopte de lotgenotengroep daartoe aan bij de toenmalige Provinciaal Jan Bentvelzen (NER). Hoewel deze bereid was mee te gaan met het idee van mediation, verliepen de besprekingen hierover om diverse redenen moeizaam. Het idee kreeg pas vaste vorm in het najaar van 2012.

 

Als voorbeeld werd een eerder mediation-traject tussen religieuzen en slachtoffers genomen, namelijk dat van de paters salesianen, die met een groot aantal slachtoffers tot een vergelijk wa­ren gekomen. De werkwijze verschilde echter hierin dat in de bemiddeling van de salesianen fi­nanciële tegemoetkoming toegekend werd door een commissie die in principe los stond van de  mediation, terwijl in ons traject de tegemoetkoming juist binnen die bemiddeling tot stand  kwam. De Lotgenotengroep Canisius droeg zelf mediatoren voor: Drs. L. Stam (seksuoloog NVVS-psychotherapeut en gespecialiseerd in seksueel misbruik bij jongeren) en Mr. L. ten Brink (mediation-advocaat en oud-leerling van het Ignatiuscollege in A’dam).

 

De voorbesprekingen leidden in de zomer van 2013 tot een groepsovereenkomst en tot indivi­duele overeenkomsten, met de provinciaal en slachtoffers. Deze groepsovereenkomst bepaalt ook dat voorlopig nog onbekende (en dus nog niet behandelde) slachtoffers beroep kunnen doen op dit traject tot 31 december 2017. Zo kon het mediation-traject beginnen met de slachtoffers die zich intussen bij de jezuïeten hadden gemeld. Velen daarvan hebben nooit een melding inge­diend op het Meldpunt.  (Dit Meldpunt werd overigens per juli 2014 opgeheven.)

 

Om praktische redenen werden de slachtoffers, die zich liever lotgenoten noemen, opgedeeld in twee groepen: de eerste groep begon het mediation-traject in het najaar van 2013, de tweede groep in de eerste maanden van 2014. De mediation bestond steeds uit twee of drie individuele voorbereidende gesprekken van de mediatoren met één van de lotgenoten, gevolgd door een dag waarop de verslagen van deze gesprekken met de mediators en de twee vertegenwoordigers van de orde werden besproken. Hierna vonden twee of drie bemiddelingsgesprekken plaats waarbij eerst de vicaris voor Seksueel Misbruikzaken, Theo van Drunen, en later ook de provinciale overste, Johan Verschueren, aanwezig waren.

 

De voorbereidende gesprekken dienden om de slachtoffers bij hun verhaal te brengen. Nadat het onderlinge vertrouwen daartoe voldoende was gegroeid, konden ook  de zeer pijnlijke herinneringen aan het misbruik door de beide media­toren met erkenning en vanuit hun deskundige ervaring worden besproken. Elk gesprek werd genotuleerd door een professionele secretaris, zo nodig gecorrigeerd door de betrokken persoon en vervolgens bezorgd aan Theo van Drunen en Johan Verschueren. Dit alles maakte het mogelijk om een accuraat beeld te krijgen over het psychologisch profiel van de dader, zijn modus operandi t.a.v. slachtoffers en medebroeders.

 

Maar vooral kregen zij inzicht in de betekenis die het voor de lotgenoten des­tijds had, om met dit dubbelleven met een groot geheim en de eenzaamheid die dit gaf, om te gaan. Ook om de langdurige gevolgen voor hun latere leven aan te horen, zoals problemen in de werksituatie als het omgaan met autoriteiten en gericht op controle van de omgeving, de moeite om met intimiteit om te gaan, de veelal verstoorde seksuele ontwikkeling, relationele proble­men en  vele andere gerelateerde problematiek..

 

In de bemiddelingsgesprekken die hier op volgden stond de dialoog tussen de beide betrokke­nen (de lotgenoot en de vertegenwoordiger van de orde) centraal. Na afloop konden Theo van Drunen en Johan Verschueren naar ieder individueel slachtoffer oprecht erkenning geven en  schaamte en spijt betuigen over de afschuwelijke en misdadige handelingen die in het verleden hadden plaatsgevonden,  en de gevolgen die dit voor hun leven heeft gegeven. Eveneens  spraken zij oprechte spijt uit m.b.t. de (bestuurlijke) missers die zich in de afhandeling hadden voorgedaan. Waar nodig verschaften ze ook achtergrondinformatie over de geschiedenis, het bestuur en de veranderingen in de werkwijze van de Orde. Het op deze wijze uit de weg ruimen van misverstanden verschaf­te de basis om uiteindelijk naar buiten te kunnen komen met een gezamenlijk verhaal over het misbruik.

 

Naarmate het vertrouwen groeide tussen de partijen, voelden allen het helend effect van de ses­sies. De lotgenoten toonden zich vaak zichtbaar opgelucht door de erkenning. En de vertegenwoordigers van de orde maakten gaandeweg een bekeringsproces door, en ervoeren ook op hun beurt heling, waar zij zich  verraden voelden door de misdadig handelingen van één van hun medebroeders in het verleden. De degelijkheid van het mediation-traject bewees zich ten slotte hierin, dat met elk van de dertien deelnemende lotgeno­ten een akkoord werd gevonden waarbij iedereen zich goed voelde en waarbij een vaststellings­overeenkomst getekend werd waarin de erkenning, spijtbetuiging, financiële tegemoetkoming, en eventuele aanvullende vormen van hulpaanbod vervat liggen.

 

Hoewel het gebeurde niet ongedaan gemaakt kan worden, overheerst bij de lotgenoten op dit ogenblik het positieve gevoel van in hun verhaal eindelijk gehoord en erkend te worden. Ver­schillende van hen hebben zich dan ook bereid verklaard samen met de paters jezuïeten na te willen denken over opvolging in de vorm van een publiek monument voor de slachtoffers, en/of het ontwikkelen van ideeën met betrekking tot preventie en bewustwording. Met een publiek monument voor de slachtoffer willen we ook erkenning geven aan degenen die zo beschadigd werden dat ze het leven niet meer aankonden.

 

Johan Verschueren SJ en Theo van Drunen SJ

Voor vragen en/of meer informatie : raymond.lelkens@gmail.com