Man in Westkapelle misbruikt 100 tienerjongens

WESTKAPELLE – Het Openbaar Ministerie denkt dat een van ontucht verdachte man uit Westkapelle veel meer slachtoffers heeft gemaakt dan tot nu toe bekend was.

De 60-jarige man werd in september door justitie gearresteerd, nadat er twee aangiftes tegen hem waren gedaan. Uit verklaringen van de verdachten zou blijken dat hij zo’n 100 tienerjongens seksueel heeft misbruikt, zo meldt Omroep Zeeland.

Het misbruik zou zich de afgelopen 30 jaar voornamelijk in Westkapelle hebben afgespeeld. Volgens het OM zou de man met jongens van 14 tot en met 17 jaar seksuele handelingen hebben verricht. Dat zou midden jaren 90 en in de periode 2006-2010 gebeurd zijn.

De man wordt onderzocht in het Pieter Baan Centrum. Hij moet donderdag voorkomen in een pro-formazaak in Middelburg. Over de identiteit van de twee slachtoffers die aangifte hebben gedaan, doet het Openbaar Ministerie geen mededelingen. Het is niet bekend of het om minderjarigen gaat en wanneer het misbruik zou hebben plaatsgevonden.

Dit artikel komt uit de telegraaf

Judoleraar aangehouden op verdenking van misbruik leerlingen

van blikopnieuws.nl 13 september  2011

Rotterdam – Rechercheurs van de jeugd- en zedenpolitie van het korps Rotterdam-Rijnmond hebben maandagochtend in zijn woning in Rotterdam een 58-jarige man aangehouden op verdenking van seksueel misbruik.

Foto: Archief fbf

Het misbruik zou hebben plaatsgevonden in de judoschool van de man en tijdens buitenlandse reizen van de wedstrijdselectie van de school.

Een paar weken geleden kreeg de politie een melding van een inmiddels 23-jarige jongeman dat hij door zijn toenmalige judoleraar zou zijn misbruikt vanaf zijn 14e. Volgens de jongeman waren er meer mogelijke slachtoffers. Sindsdien heeft de politie met enkele anderen, nu allemaal meerderjarig, gesproken.

Volgens de melders waren zij allemaal lid van de wedstrijdselectie van de judoschool. Het misbruik zou zijn begonnen toen zij een jaar of 12 waren. De man geeft overigens nu geen les meer.

Maandag is de man in zijn woning aangehouden. Bij doorzoekingen in zijn huis en in de sportschool zijn goederen in beslag genomen. De man wordt donderdag voorgeleid aan de rechter-commissaris. Het onderzoek wordt voortgezet.

De ouders van de huidige minderjarige selectieleden in de leeftijd van 12 tot 18 zijn dinsdag per brief uitgenodigd voor een besloten bijeenkomst dinsdagavond in het kantoor van de deelgemeente IJsselmonde. Daar zullen politie en openbaar ministerie een toelichting geven op de zaak.

OM bekijkt dood 34 jongens

Geschokt heb ik vanmorgen kennis genomen van onderstaand artikel in De Limburger.

Wij kennen de verhalen al van mishandeling, eenzame opsluiting, sadisme en seksueel misbruik. Wij hoorden al langer over ‘verdwijning’ van kinderen geboren als gevolg van seksueel misbruik en uit seksuele relaties van nonnen. Helemaal onverwacht komt dit nieuws dus niet, maar niets kan je voorbereiden voor een dergelijke openbaring… Deze keer gaat het over mensenlevens die beëindigt zijn, niet “alleen maar” vernietigt! Deze keer zijn de verhalen onderbouwd door archieven-onderzoek en, neem ik aan, dat er voldoende bewijzen zijn om de ogen te openen van de Nederlandse overheid, die zich tot nog toe angstvallig afzijdig houd van het onderzoek naar gebeurtenissen in de katholieke instellingen. De overheid moet nu snel handelen:

Het OM zou nu, onmiddellijk, en zonder enige vertraging, in navolging van Justitie in België, invallen moeten doen bij alle bisdommen, congregaties, kloosters en instellingen en alle archieven in beslag nemen. Voordat er waardevolle informatie vernietigd word! Want dat gaat er gebeuren als ze niet heel erg snel reageren…

Dit bericht voegt een nieuwe dimensie toe, een ander zwart stukje in de pikzwarte puzzle die rooms-katholieke kerk heet.
Ton Leerschool
Stichting Mannenhulpverlening na seksueel misbruik

OM bekijkt dood 34 jongens

De Limburger – 16 augustus 2011 – door Hans Goossen en Theo Sniekers

Het Openbaar Ministerie onderzoekt de dood van 34 jongens begin jaren vijftig van de vorige eeuw in de toenmalige zwakzinnigeninstelling Sint Joseph in Heel. De verdachte sterfgevallen zijn gemeld door de commissie-Deetman, die onderzoek verricht naar seksueel misbruik van minderjarigen in de rooms-katholieke kerk.

In Sint Joseph in Heel waren de kleine broeders van de heilige Joseph tot 1969 verantwoordelijk voor de opvang en verzorging van zwakzinnigen. Uit archiefmateriaal dat de commissie-Deetman onder ogen kreeg, bleek dat in de jaren 1952, 1953 en 1954 het aantal sterfgevallen aanzienlijk hoger lag dan gemiddeld in de Heelse instelling. Dat was eind jaren vijftig ook bekend bij onder meer het bisdom Roermond, de Arbeidsinspectie, het toenmalige Katholieke Verbond van de kinderbescherming en mogelijk een inspecteur van de volksgezondheid.

Het Openbaar Ministerie (OM) bevestigt het strafrechtelijk feitenonderzoek, maar kan nog niets zeggen over de doodsoorzaak van de 34 minderjarigen. “We zijn begonnen met het benaderen van de nabestaanden. Het feitenonderzoek moet meer duidelijkheid bieden over de sterfgevallen. Op dit moment kan ik er niet meer over zeggen”, stelt landelijk OM-woordvoerder Erwin Schieving. Als sprake is van misdrijven, zal geen vervolging plaatsvinden, omdat ze zijn verjaard. “Toch doen wij onderzoek. Wij hebben als OM ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Gelet op de impact en omvang van de zaak willen we precies weten wat zich heeft afgespeeld.”

Het is mogelijk dat de sterfgevallen verband houden met seksueel misbruik. Zowel het OM als de commissie-Deetman wil daarover niets kwijt. De commissie-Deetman geeft wel aan relevante informatie te betrekken bij haar eindrapportage, die eind dit jaar wordt verwacht. Over de wijze waarop de verdachte sterfgevallen destijds aan het licht kwamen, zwijgen alle partijen. Ook over mogelijke verdachten doen ze geen mededeling. Daarnaast blijft onduidelijk waarom na 1954 de sterftecijfers weer daalden. Het bisdom Roermond was gisteravond niet bereikbaar voor commentaar. Het bisdom heeft volgens de commissie-Deetman wel laten weten achter het inschakelen van het OM te staan. De OM-woordvoerder zegt dat de informatie over de mogelijk verdachte dood van 34 kinderen niet eerder bekend was bij justitie. Of eind jaren vijftig sprake was van bewust in de doofpot stoppen door het bisdom en andere instanties, is niet bekend.

Sint Joseph in Heel maakt tegenwoordig deel uit van de overkoepelende stichting Daelzicht. Die stichting nam in 1969 de zorg voor verstandelijk gehandicapten over van de broeders van de Heilige Joseph. Een woordvoerster van Daelzicht wilde gisteren nog niet reageren. “Wij wachten af tot de commissie-Deetman officieel met informatie naar buiten komt.”

Vertaling speech van Enda Kenny

(Vertaling van de speech van Enda Kenny, Taoiseach of Ireland, van 20/7/2011 in het Iers parlement) door ROEL VERSCHUEREN

De onthullingen uit het Cloyne-rapport brachten de regering, Ierse katholieken en het Vaticaan op een nooit gezien kruispunt. Het is niet meer dan eerlijk om te zeggen dat na het Ryan- en het Murphy-rapport, Ierland wel immuun lijkt geworden voor misbruik van kinderen.

Maar, Cloyne bewees dat het nog erger kan.

Omdat voor het eerst in Ierland een rapport over seksueel misbruik van kinderen een poging blootlegt van de Heilige Stoel, om een onderzoek te boycotten in een soevereine, democratische republiek, niet minder dan drie jaar geleden, niet drie decennia geleden. Het Cloyne-rapport spit naar de disfunctie, de wereldvreemdheid, het elitisme, het narcisme die de cultuur van het Vaticaan hebben gedomineerd tot vandaag.

De verkrachting en de marteling van kinderen werd geminimaliseerd of ‘gemanaged’ om de superioriteit, de macht, de standing en de ‘reputatie’ van het instituut hoog te houden.

In plaats van te luisteren naar de bewijzen van vernedering en bedrog met Sint-Benedictus’ ‘oor van het hart’ was de reactie van het Vaticaan de bewijzen te ontrafelen en analyseren door het priemend oog van een advocaat in canoniek recht.

Deze berekende, negerende houding, is de tegenpool van radicalisme, nederigheid en medelijden waarop de Katholieke kerk is gebouwd.

Het radicalisme, de nederigheid en het medelijden die inherent deel uitmaken van haar stichting en haar doel.

Deze houding is er een van: “Roma locuta est: causa finita est”. (“Rome heeft gesproken, de zaak is beëindigd.”)

Slachtoffers

De onthullingen in het Cloyne-rapport zijn hartverscheurend. Ze beschrijven hoeveel slachtoffers bleven leven in de kleine dorpjes en parochies waar ze werden opgevoed en misbruikt. De dader die in vele gevallen nog altijd in de buurt woont geniet vaak nog het hoge respect van hun families en hun buren. De daders gingen door met missen vieren tijdens huwelijken en begrafenissen. In een specifiek geval, celebreerde de dader zelfs het huwelijk van een van zijn eigen slachtoffers.

Er is weinig wat ik of wie dan ook in dit parlement kan zeggen om slachtoffers en anderen te troosten, hoe zeer we dat ook zouden willen. Maar we kunnen en moeten wel de moed erkennen van alle slachtoffers die hun verhalen deden bij de commissie.

Cloyne zal lang nodig hebben om te herstellen van deze verschrikkelijke onthullingen, het zou kunnen dat de slachtoffers en hun families hun hele leven bezig blijven met het opruimen van de scherven van hun vernield leven.

Papal Nuncio

Een dag na de publicatie van het rapport was er een ontmoeting tussen de eerste minister en de minister van buitenlandse zaken met de Pauselijke Nuntius in Ierland, aartsbisschop Giuseppe Leanza.

De eerste minister maakte twee dingen duidelijk aan de nuntius:

• De ernst van de houding en reactie van de Heilige Stoel.

• De volledige veroordeling ervan en de opgewekte gruwel over hoe de Heilige Stoel met de feiten is omgegaan.

De Pauselijke Nuntius beloofde het Cloyne-rapport aan het Vaticaan voor te leggen. De regering wacht op een gepast antwoord van de Heilige Stoel.

Ik geloof dat de Ierse bevolking, met inbegrip van de vele trouwe katholieken waartoe ik behoor, verontwaardigd en geschokt zijn door het herhaalde falen van de kerkoversten om tegemoet te komen aan wat nodig is: het recht op de bevestiging vanuit het Vaticaan dat alle kerkoversten aanvaarden en onderschrijven dat ze zich neerleggen bij het feit dat alle gevallen van seksueel misbruik, lopend of uit het verleden, verplicht gerapporteerd moeten worden aan de nationale overheid, in overeenstemming met de Children First National Guidance die van rechtswege van kracht is.

Klerikalisme

Klerikalisme lag aan de basis van sommige van Ierland’s helderste, meest bevoorrechte en machtigste mensen, die vandaag onwillig zijn of niet bij machte om de verschrikkingen uit de Ryan en Murphy rapporten aan te pakken.

Dit Rooms klerikalisme moet verschrikkelijk zijn voor de priesters die het goed voorhebben, sommigen van hen zijn al oud, anderen vechten om hun menselijkheid te bewaren… om hun geestelijke gezondheid te bewaren… terwijl ze er alles aan doen om de hoeders te blijven van het licht van de kerk en het goede binnen hun parochies, de gemeenschappen, in het hart van de mensen.

Kerk & Staat

Maar gelukkig voor hen, en voor ons, is Ierland Rome niet.

En we zijn vandaag ook niet meer de Ierse weeshuizen van toen of de Magdalene’s van Ierland, waar het ruisen van een soutane het geweten en de menselijkheid toedekten en waar met een zwaai van een wierookvat over de Ierse katholieke wereld werd beslist.

Dit is de Ierse Republiek anno 2011.

Als praktiserend katholiek is wat ik zeg niet gemakkelijk. We hebben in onze jeugd geleerd dat we deel uitmaakten van een pelgrim kerk.

Vandaag moet die kerk een kerk van boetedoening zijn. Een kerk, die oprecht en intens boete doet voor de verschrikkingen die ze veroorzaakte, die ze verstopte en ontkende. En dat alles in Gods naam. Maar dat alles ook om het instituut te beschermen.

Dank zij onze wetgeving, de beslissing van de regering om kinderen op de eerste plaats te stellen (Government action to put Children First), kunnen al diegenen die werden misbruikt een weinig troost vinden, in de wetenschap dat ze deel zijn van een natie, van een democratie, waar menselijkheid, kracht, rechten, verantwoording, gekoesterd worden en tot wet verheven worden, altijd – altijd – voor hun welzijn.

Waar de wetten  – hun wetten – als burgers van dit land, altijd en immer de bovenhand zullen hebben over het canoniek recht, dat noch geldigheid, noch een plaats heeft in de organisatie van dit land.

Staat/samenleving

Dit rapport bewijst het bewust en brutaal veronachtzamen van de bescherming van kinderen. Als we als natie niet snel en gepast reageren, dan moeten we ons voorbereiden op nog meer rapporten zoals deze.

Ik ben het volkomen eens met aartsbisschop Martin dat de kerk elk rapport zoals dit rapport openbaar moet maken. Ik wil ook duidelijk maken dat de Commissie zeer positief reageert op het werk van de ‘National Board for Safeguarding Children’, opgericht door de kerk om de werking van bisdommen en congregaties te overzien. De Commissie laat weten dat alle kerkelijke overheden gevraagd werden om een overeenkomst te ondertekenen met de National Board, waarin ze akkoord gaan om de standaardregels toe te passen en dat diegenen die zouden weigeren de overeenkomst te ondertekenen, vermeld zouden worden in het jaarlijks rapport van de National Board. Met dank aan Ian Elliott en vele anderen.

Het mag de slachtoffers en inwoners van Cloyne een kleine troost zijn, dat de Commissie sinds 2008 elke inspanning van het bisdom ondersteunt op het vlak van training, in het meer assertief maken van personeel en in de risicobeheersing ten opzichte van priesters die van misbruik werden beschuldigd.

De houding van Bisschop Magee en Monseigneur O’Callaghan bewijzen nog maar eens hoe kwetsbaar goede basisafspraken en richtlijnen kunnen zijn in een sfeer van zwakheid en bewust negeren van diegenen die er niet in slagen om de prioriteiten betreffende kinderbescherming als prioriteit te beschouwen.

Maar als het vaticaan orde op zaken moet stellen, zo ook de staat.

Het rapport is terecht kritisch over de totaal onbevredigende situatie die door de vorige regering jarenlang werd in stand gehouden. Het ongepast gekibbel tussen de minister voor kinderen en het HSE over wie de statutaire macht heeft over het behandelen van misbruik buiten het gezin, het mislukken om wetgeving op te stellen waardoor de uitwisseling van ‘soft’ informatie mogelijk wordt gemaakt zoals beloofd na het Ferns-onderzoek, en de lange periode van verwarring en onsamenhangende verantwoordelijkheid over kinderbescherming binnen het HSE, zijn eenvoudigweg onaanvaardbaar in een samenleving die de veiligheid van haar kinderen belangrijk vindt.

Ierland heeft te lang haar kinderen verwaarloosd.

Vorige week kwam een zaak voor het gerecht over de marteling van kinderen binnen de gezinssituatie. Nog geen twee dagen geleden werden we weerzinwekkend geconfronteerd met de zaak van een in Donegal geregistreerd dader van seksueel misbruik en conciërge van een school.

Kinderen en adolescenten, herleid tot menselijke wrakken. Die vragen bij de problemen over hoe de staat met die zaken moet omgaan. We zijn klaar om een reeks maatregelen te nemen die ervoor moeten zorgen dat de staat er alles aan doet om kinderen te beschermen. Minister Shatter brengt twee nieuwe wetten op tafel: de eerste zorgt ervoor dat het achterhouden van informatie met betrekking tot misdrijven gepleegd op kinderen en kwetsbare volwassenen strafbaar wordt; de tweede is (eindelijk) de regeling van de ‘soft’ informatie-uitwisseling over daders.

Als regeringshoofd wil ik er alles aan doen om de heilige plaats van de kindertijd te beschermen en haar onschuld te herstellen. Meer bepaald onze jonge teenagers, die ik als kinderen beschouw.

Want losstaand van onze huidige economische crisis zijn de kinderen van dit land ons meest waardevolle bezit, en dat zullen ze altijd blijven.
Het moet een nationale prioriteit zijn om hun onschuld en integriteit te vrijwaren. Dat is de reden waarom ik beslist heb een ministerie voor kinderen- en jeugdzaken op te richten.

De wetgeving ‘Children First’ stelt voor om onze kinderen een maximale bescherming en veiligheid te bieden zonder in te dringen in het levendige en betoverende van het kind zijn.

Besluit

Kardinaal Josef Ratzinger zei: “De maatstaf en de houding die gepast is binnen een burgerlijke samenleving van een democratie, kan niet zo maar puur en simpel op de kerk worden toegepast.”

Nu de Heilige Stoel zich opmaakt om haar overwogen antwoord op het Cloyne-rapport te formuleren, wil ik als regeringshoofd er geen twijfel laten over bestaan dat – als het op de bescherming van de kinderen van dit land aankomt – de gedragscode die de kerk voor haarzelf geschikt vindt, niet van toepassing  mag en kan zijn binnen de werking van de democratie en samenleving in deze republiek.

Niet puur, niet simpel, noch anders.

KINDEREN… EERST

(vertaling Roel Verschueren)

Literatuurlijst van Roel

http://www.verschueren.at/literatuurlijst_seksueel_misbruik_3.html

OM liet misbruikzaken Kerk opzettelijk verjaren in een kastje

van de website van NRC-handelsblad door Joep Dohmen:

Het Openbaar Ministerie heeft misbruikzaken van katholieke priesters en geestelijken opzettelijk laten verjaren. De zaken werden opgeborgen in een kastje in het Paleis van Justitie in Den Bosch.

Dat blijkt uit een rapport over de afhandeling door het OM van kerkelijke misbruikzaken in het verleden. Het is geschreven door voormalig procureur-generaal Dato Steenhuis op verzoek van het College van procureurs-generaal. Het rapport is vandaag aangeboden aan de Tweede Kamer.

In het rapport wordt het bestaan van het speciale kastje gemeld door Hans Blok, oud-procureur-generaal in Den Bosch. Bij zijn aantreden in 1997, als opvolger van Rolph Gonsalves, trof hij het kastje aan. Daarin lagen zedenzaken tegen katholieke geestelijken opgeborgen. Het waren, schrijft Steenhuis in zijn rapport, zaken uit de jaren vijftig en zestig waarmee niets gedaan was door opeenvolgende procureurs-generaal. Voorgangers van Gonsalves waren J. Corsten (1978-1986) en A. van Overveldt (1965-1978).
‘Zes á zeven zaken in het kastje’

Volgens Steenhuis lagen er toen Blok aantrad nog “zes á zeven zaken” in het kastje. Blok liet, schrijft Steenhuis, de dossiers opbergen omdat er zoveel jaar later “niets meer mee valt te doen”. Volgens Steenhuis zijn de dossiers daarna op grond van de Wet politiegegevens vernietigd. “Ik sluit niet uit dat de zaken in het kastje waren gelegd om ze te laten verjaren”, zegt Steenhuis in een toelichting op zijn rapport. Het bestaan van het kastje is tegenover Steenhuis bevestigd door Rein Peters, waarnemend procureur-generaal na het vertrek van Gonsalves.

In zijn rapport citeert Steenhuis ook uit de memoires van Gonsalves. Die deed verslag van zijn kennismakingsgesprek in 1986 met twee bisschoppen:

“Ik bezocht de bisschoppen op eigen initiatief. Van mijn voorganger begreep ik dat zich wel eens delicate zaken voordeden, waarin leden van de katholieke geestelijkheid waren betrokken. Men stond een discrete behandeling voor. Tegen de bisschoppen zei ik: ‘Ik wil ook op dat punt duidelijk zijn. Als u hoort dat een van uw priesters zich aan strafbare feiten heeft schuldig gemaakt’ – waarbij het kon gaan om zedendelicten – ‘dan raad ik u aan om daar meteen met mij contact over op te nemen. Ik ben dan bereid met u te overleggen hoe we de publicitaire schade kunnen beperken. Maar één ding zeg ik u wel: de zaken worden hoe dan ook aangepakt.’”

Nog een aanwijzing voor aparte behandeling geestelijken

Het rapport bevat nóg een aanwijzing dat er een aparte behandeling was voor geestelijken. Steenhuis beschrijft een kwestie bij het parket Maastricht. In 1981 zei toenmalig hoofdofficier E. Bauwens tegen officier van justitie J. Huurman, die een zedenzaak tegen een priester op haar bord had gekregen: “Geef maar hier, deze doet de Kerk zelf af.” Huurman is nu vice-president van het gerechtshof in Den Bosch.

De opdracht voor het rapport kwam in februari dit jaar van het College van procureurs-generaal. Die gaf daarmee gehoor aan een verzoek van de Tweede Kamer. De Kamer was gealarmeerd door berichten over twee zaken van pedofiele priesters die in de jaren tachtig ten onrechte waren geseponeerd. In andere gevallen kregen priesters lage straffen. Bovendien was het aantal zaken dat uiteindelijk voor de rechter kwam gering, ondanks de veelheid aan misbruik.

Voormalig bisschop Jo Gijsen van Roermond (1972-1993) bevestigde eerder over misbruikzaken contacten te hebben gehad bij de parketten in Maastricht en Roermond. Steenhuis sprak niet met Gijsen of andere kerkbestuurders: “Ik wilde mijn onderzoek simpel houden en er was haast bij. Ik moest voor het reces van de Kamer klaar zijn”.

Ondervraagden ontkennen betrokkenheid

Steenhuis sprak wel met 17 (oud) medewerkers van politie en justitie die in het verleden actief waren in de katholieke landsdelen. Zij ontkennen zelf katholieke geestelijken een ‘voorkeursbehandeling’ te hebben gegeven. Ook zeggen ze – anders dan een kennismakingsgesprek – nooit contacten te hebben gehad met kerkelijke autoriteiten en bevestigen niet dat de Kerk geprobeerd heeft eventuele aangiftes weg te frustreren of onderzoeken tegen te houden. Ook de suggestie dat er binnen het OM aparte regelingen voor priesters bestonden, wordt volgens Steenhuis “niet ondersteund”.

Steenhuis wil aan deze conclusie uit zijn rapport nog wel iets toevoegen: “Ik kan niet uitsluiten, dat met name vóór 1980 priesters en geestelijken wél op een aparte behandeling konden rekenen. Misschien had mijn conclusie iets genuanceerder gekund.”

Misbruik jeugdzorg schokt commissie Samson

NOS Nieuws – woensdag 22 juni 2011

De commissie-Samson heeft geschokt gereageerd op de aard, duur en frequentie van gevallen van seksueel misbruik binnen de jeugdzorg. De ruim 500 meldingen die tot nu toe bij de commissie zijn binnengekomen, zijn geanalyseerd.

Voorzitter Rieke Samson sprak op een persconferentie van “zeer ernstige gevallen van seksueel misbruik die vaak jarenlang aanhielden”.

Langdurig misbruik
De meldingen betreffen bijna geen eenmalig misbruik of misbruik dat een paar weken duurde. In ruim 65 procent van de gevallen ging het seksueel misbruik minimaal één jaar door. In circa eenderde van de gevallen betrof het kinderen tussen drie en tien jaar oud.

Ruim een op de zeven kinderen werd dagelijks misbruikt, 44 procent overkwam dat wekelijks of een aantal keren per week. Bij ruim 40 procent van de kinderen was sprake van ‘penetratie met een penis’, 36 procent had te maken met ‘ander genitaal contact’, zoals aftrekken of orale seks en 13 procent werd ‘alleen’ betast.

De daders
De daders zijn in bijna alle gevallen mannen, niet alleen leidinggevenden en pleegouders, maar in veel gevallen ook minderjarigen die andere kinderen misbruikten. De commissie ziet het misbruik verschuiven; vroeger werden vooral jongens misbruikt in instellingen, nu zijn het vooral meisjes in pleeggezinnen.

Aangifte
De commissie concludeert verder dat in tweederde van de gevallen waarin kinderen het misbruik hebben gemeld, daar niets mee is gedaan.

Alle slachtoffers met wie de commissie heeft gesproken, zijn doorverwezen naar Slachtofferhulp Nederland. Dat heeft een speciaal team dat deze mensen opvangt.

Van de webmaster
Link naar radio interview met voorzitter Rieke Samson: “de levens van slachtoffers zijn verwoest”
Mevrouw Samson is ‘geraakt’ door het directe contact met de slachtoffers.
Een voorbeeld voor de katholieke kerk.
Een niet te missen interview!

De commissie-Samson doet in opdracht van de regering onderzoek naar seksueel misbruik in (rijks)instellingen en pleeggezinnen, vanaf 1945 tot nu. In juli 2012 komt de commissie met haar eindrapport. Vandaag werd de vierde tussenrapportage gepresenteerd.

Vaticaan moet zich voor US-gerecht verantwoorden

USA. (HPD) In een nog niet eerder vertoond rechterlijk bevel is het Vaticaan opgedragen zich te verantwoorden voor de cover-up van seksueel misbruik door rooms-katholiek geestelijken en het gerecht documenten in die zin te overleggen. In een persconferentie verklaarde de advocaten van ‘John V. Doe’, de sensationele beslissing.

Negen jaar geleden begon de strijd van ‘John V. Doe’ tegen het Vaticaan. (Met ‘John Doe’ worden onbekende mannen genoemd, bijvoorbeeld wanneer een niet-geïdentificeerd lichaam wordt gevonden). De klager, een overlevende van seksueel misbruik door een priester, wenst anoniem te blijven.

Het doel van de juridische acties van John V. Doe, vertegenwoordigd door de firma Jeff Anderson and Associates, is het Vaticaan verantwoordelijk te stellen en rekenschap af te laten leggen in een rechtszaal in verband met hun rol in de wereldwijde cover-up van seksueel misbruik door geestelijken.

De hoogleraar in de rechtsgeleerdheid Marci Hamilton, een vooraanstaand rechtsgeleerde gespecialiseerd in de grondwet en de relatie van kerk en staat, noemde het besluit van rechter Michael Mosman zeer belangrijk. Het is namelijk de eerste keer dat een Amerikaanse rechtbank, de Heilige Stoel, alias het Vaticaan, ertoe veroordeeld zich voor de rechter te verantwoorden voor het seksueel misbruik van een kind. Het Vaticaan heeft zich met verve negen jaar lang op zijn immuniteit als souvereine staat beroepen, en verklaarde het US-gerecht als niet kompetent en dat het Vaticaan op geen enkele wijze verantwoordelijk was voor het misbruik.

Het Hof volgde echter het standpunt van de aanklager dat het Vaticaan wel degelijk de werkgever van de priester Andrew Ronan was; de priester die John V. Doe gemolesteerd heeft en staat daarom de aanklager toe inzicht te krijgen in het dossier.

Vragen aan de Heilige Stoel
Uit de documenten zou moeten blijken hoe het Vaticaan georganiseert is, hoe priesters gecontroleerd worden, wat hen gezegd werd over hoe ze zich te gedragen hebben. Het was belangrijk dat de rechter de argumentatie van de klager volgde dat een priester gelijktijdig meer dan een werkgever kan hebben gehad. Hoewel de Heilige Stoel geen absolute controle heeft, heeft het Vaticaan wel het recht voorbehouden om een priester op elk gewenst moment als gevolg van seksueel misbruik van kinderen over te plaatsen of te verwijderen. Het rechterlijk besluit verschaft mogelijk toegang tot ontelbare onthullingen. De documenten moeten binnen 60 dagen – vóór 20 Juni – de rechter worden voorgelegd.

Volgens de advocaat van de klager, Jeff Anderson, die al 27jaar slachtoffers van seksueelmisbruik door geestelijken vertegenwoordigt, leiden de sporen steeds weer naar de top van de organisatie, naar Rome. De priester Andrew Ronan werd vanwege zijn misbruik van Ierland naar Portland, Oregon, overgeplaatst waar hij midden van de jaren 1960, John V. Doe misbruikt. Elke beslissing, elke actie, elk protocol of procedure welke de geheimhouding en cover-up dienden, zijn in één plaats gemaakt, in één kantoor: namenlijk het Vaticaan en de paus.

In de rechtbank, moet het Vaticaan antwoorden op vragen zoals:
* Beschrijf de relatie tussen de Heilige Stoel, de paus en Andrew Ronan
* Beschrijf de autoriteit van de Heilige Stoel, de paus en alle relevante administratieve gemeenten, waaronder Congregatie voor de Doctrine van het Geloof, met betrekking tot het seksueel misbruik door geestelijken in Ierland en de Verenigde Staten
* Beschrijf de strategieën van de Heilige Stoel, de paus en alle relevante administratieve gemeenten, waaronder Congregatie voor de Doctrine van het Geloof, met betrekking tot het seksueel misbruik sinds 1950

Bovendien, zal het Vaticaan een aantal verklaringen moeten bevestigen of ontkennen, bijvoorbeeld, dat Andrew Ronan een werknemer van de Heilige Stoel was en of de Heilige Stoel de controle heeft over de represailles van priesters welke van seksueel misbruik van minderjarigen beschuldigd worden.

De beslissing van het US-gerechtshof kan een historische beslissing zijn. Wereldwijd kunnen kinderen veel effectiever beschermd worden tegen seksueel misbruik door geestelijken, als het Vaticaan zich niet langer kan beroepen op haar immuniteit, maar nu moeten bekendmaken hoe en wat zij doet met misbruikende priesters. Ook zal verduidelijkt worden of deze priesters zich over de hele wereld te verantwoorden hebben bij het seculier bevoegd gezag. In ieder geval is het besluit van rechter Michael Mosman, waarmee hij de opheffing van de immuniteit van het Vaticaan bevestigde, baanbrekend. Wereldwijd.

Vertaald van Fiona Lorenz – Humanistische Pressedienst

Link naar lijst van specifieke vragen en documenten aan te leveren door het Vaticaan

België: Roger Vangheluwe heeft België verlaten

De Standaard – 9 april 2011
Roger Vangheluwe, de voormalige bisschop van Brugge, moest België op bevel van het Vaticaan verlaten. Hij moet ook een spirituele en psychologische behandeling volgen.

De Congregatie voor Geloofsleer, die bevoegd is om de zwaarste delicten tegen de zeden binnen de kerk te onderzoeken, besliste dat Vangheluwe het land uit moet. Volgens de apostolische nuntiatuur in België is Vangheluwe inmiddels al uit België vertrokken.

‘De Congregatie heeft besloten dat mgr. Vangheluwe, zelfs al zijn de feiten van seksueel misbruik tegenover zijn neef gepleegd volgens de normen van het kerkelijk recht verjaard, België moet verlaten en gedurende een periode een spirituele en psychologische behandeling moet volgen. Mgr. Vangheluwe heeft intussen België al verlaten om zich bij deze beslissing neer te leggen’, klinkt het in een mededeling.

Het verborgene
Na het losbreken van het pedofilieschandaal rond Vangheluwe vond de bisschop onderdak in de abdij van Westvleteren. Nadat de bisschop door kerkgangers werd opgemerkt in het koor tijdens de gebedsdiensten, liet hij via het aartsbisdom weten dat hij zich ‘zou terugtrekken en verder bezinnen in het verborgene’. Sindsdien leefde de bisschop ondergedoken.

Nuntiatuur
Het Laatste Nieuws meldde zaterdag dat Vangheluwe zou verblijven in de apostolische nuntiatuur Sint-Pieters-Woluwe. Dat is de ambassade van de pauselijke vertegenwoordiger in ons land. In een toelichting aan onze redactie ontkende de pauselijke nuntius dat bericht formeel. Vangheluwe heeft er geen enkele keer geslapen, en dus al zeker niet gewoond, luidde het.

Wel is Vangheluwe een paar keer bij de nuntius op bezoek geweest. Maar de nuntius wijst erop dat het de taak van de nuntius is om contacten te onderhouden met alle Belgische bisschoppen. Intussen is dus gebleken dat de bisschop ons land al een tijd heeft verlaten op bevel van het Vaticaan.

Nieuwe klacht misbruik door Belgische zusters

KORTRIJK – Justitie in het Belgische Kortrijk heeft dinsdag een nieuwe klacht ontvangen over misbruik door kloosterzusters in het voormalige weeshuis Stella Maris. Een man zou in 1961 zijn aangerand door diverse zusters. Al eerder diende een man uit Brugge een klacht in omdat hij vanaf zijn vijfde de zusters zou hebben moeten bevredigen.

De melding van mogelijk misbruik door vrouwelijke geestelijken geldt als uitzonderlijk. Een voormalige Belgische onderzoekscommissie ontving uitsluitend klachten over misbruik door mannen.

De West-Vlaamse Jeugdzorg, de huidige eigenaar van het weeshuis, stelt dat er nog een geval van misbruik was in de jaren negentig door een man die af en toe langskwam. (ANP)