In de jaren 60 zat ik op het internaat St Louis in Oudenbosch. Hier waren paters of monniken maar broeders.
Zoals zoveel jongens in die tijd sloot ik me aan bij de verkenners. Geleid door broeder Ligorius.
Tijdens zomerkampen trokken we vaak naar Boslust inde buurt van Bergen op Zoom waar de congregatie een landgoed bezat. Tijdens deze kampen heeft Ligorius zich meerdere malen aan mij vergrepen. Dat ging als volgt. Meestal kampeerden we in een tentenkamp en op een van die kampen werd ik bij hem geroepen in de eerste hulp tent. Daar moest ik mij ontkleden en op een veldbeld gaan liggen. Daar wed ik dan over mijn hele lijf door hem betast, ook op de intiemste plaatsen.
Omdat ik na de eerste en ook tweede keer geen tekenen van opwinding vertoonde heeft hij me daarna met rust gelaten. (althans dat vermoed ik)
Als kleine wist ik niet wat me overkwam, maar ik was vreselijk bang. Na afloop prentte hij me heel duidelijk in hier nooit over te praten, zeker niet tegen mijn ouders want ik zou ze daar vreselijk verdriet mee doen. Nooit heb ik er met iemand over durven te praten, ik dacht dat ik de enige was en schaamde me zelf diep en voelde me vreselijk schuldig dat dit is gebeurd.
Inmiddels ben ik 56, heb 2 dochters en ben voor de 4e keer in mijn leven in therapie na een depressie. De angst die ik destijds voelde komt regelmatig en zeer heftig terug. Ik heb het gevoel mijn hele leven door deze gebeurtenissen te zijn getekend, voel me vaak niet compleet.Nu het zo wijdverbreid blijkt zijn, krijg ook ik behoefte aan erkenning en wil ook mijn verhaal aan de verantwoordelijke instanties, de kerk, kwijt.
Ik ga er alles aan doen dat dit gebeurd en zoek lotgenoten om hier samen iets mee te gaan doen.
Herken je dit en zou je een keer met mij hier over willen praten laat dit dan op deze site weten en we zoeken contact.