daderconfrontatie

De beste manier om seksueel misbruik te verwerken is een gesprek aan te gaan met de dader. Dat kan op een dag als je eigen wil het wint van je angst.
Omdat vaak de tussentijd (zie gevolgen) erg lang is, is de dader vaak oud of al overleden. In dat laatste geval moet het afscheid virtueel gedaan worden.

Maar als de dader nog leeft dan is het aan te bevelen om hem / haar op te zoeken en in een gesprek de confrontatie aan te gaan.
Dat moet je niet zonder goede voorbereiding doen. Het kan zijn dat je de dader na zoveel jaar “nog niet aankan”. Je versterkt in zo’n gesprek dan je eigen machteloosheid. Oefen het geprek met iemand anders en schrijf op wat je te zeggen hebt. Als het gesprek niet loopt omdat alles ontkent wordt, het geheugen van de dader plotseling hapert of je zelf tot de schuldige wordt gemaakt, dan moet je klaar zijn voor een ander scenario.

Vind hier brieven aan daders als voorbeeld.

Aan daders:

Je speelt geen seksuele spelletjes met jonge kinderen
want dat kleeft aan hen voor de rest van hun leven.

Direct na het misbruik begint een leven met kwelgeesten die weigeren weg te gaan.

Ben je dader?
Als dader ben je de beste hulpverlener. Als veroorzaker van de schade heb je een belangrijke rol in de heling hiervan.
Lees op deze website wat je hebt aangericht en wat je kan doen om de slachtoffers die je gemaakt hebt te helpen, te erkennen en weer te helen. De beste heling heeft plaats wanneer je toegeeft wat er is gebeurd, de volle verantwoordelijkheid ervoor op je neemt en je slachtoffer helpt zijn ervaringen te reconstrueren.
Je hebt de macht om je slachtoffers henzelf weer terug te laten vinden. Erkennen van wat er is gebeurd, de schade die je hebt aangericht onder ogen te (leren) zien. Dat zou jouw werk moeten zijn.

Maar in bijna alle gevallen doe je dit:

Ontkennen, bagatelliseren, omdraaien.

Dit zijn de bekende dadertrucs:

Je herkent jezelf vast in de volgende zinnen:

  1. Hij wilde het zelf, hij gaf zelf de aanleiding.
  2. Ik kan het mij niet meer herinneren.
  3. Zoiets zou ik nooit doen.
  4. Als je door gaat klaag ik je aan voor smaad.
  5. Ik ben een oude man, waarom doe je mij dit aan?
  6. We hadden een relatie-tje ja, maar dat mocht geen naam hebben, het was onschuldig.
  7. Je was toen ook al de gekste van de groep, en nu dit weer.

Welke is jouw favoriet?